Tijdens de 19de eeuw stelden kunstenaars hun nieuwe creaties tentoon op de driejaarlijkse Gentse ‘Salons’, een combinatie van een tentoonstelling, kunstwedstrijd en galerij. Dit najaar blaast Schoonvolk, de jongerencrew van het MSK, die traditie nieuw leven in met het ‘Salon des Jeunes’! Ze daagden jong talent uit om zich te inspireren op MSK-werken van oude meesters als Ensor, Van Rysselberghe of Van Dyck, gemaakt toen deze zelf nog jong, zoekend en groen achter de oren waren.
Oude kunst herbekeken
Het team riep de jonge kunstenaars op om aan de slag te gaan met de volgende collectiestukken:
- James Ensor (25 jaar): Skelet bekijkt chinoiserieën
- Théo Van Rysselberghe (19 jaar): Armand Heins
- Anthony van Dyck (21 jaar): Jupiter en Antiope
- Théodore Rousseau (15 jaar): Steengroeve
- George Minne (20 jaar): Moeder beweent haar dode kind
Elk op hun manier vertalen ze de oude kunst naar een actuele vorm, in fotografie, collage, beeldhouwkunst, graffiti en meer. Zo creëert het ‘Salon des Jeunes’ een sterke en creatieve connectie tussen jong en oud, tussen klein en groot, tussen heden en verleden. Naast de presentatie van de jonge kunstenaars plant Schoonvolk de komende maanden bovendien verschillende activiteiten en nocturnes die de oude en nieuwe kunsten met elkaar verweven. Uit de vele enthousiaste reacties werden 24 kunstenaars geselecteerd, die vanaf 7 oktober hun werk tentoonstellen in het museum.
Rondleidingen, art talks en meer
Met opening van het 'Salon des Jeunes' start ook een activiteitenprogramma dat tot 15 januari loopt. Details volgen, dus hou de website en de sociale media @schoonvolk_mskgent en @mskgent in de gaten voor nieuws over de nocturnes, rondleidingen, gesprekken met kunstenaars en meer! De komende maanden zetten we de 24 geselecteerde kunstenaars ook extra in de kijker op onze sociale media.
Een historisch Salon des Jeunes
In de rand van het Salon des Jeunes diepen we uit de museumverzameling markante negentiende-eeuwse kunstwerken op die de jeugdjaren van kunstenaars, hun opleiding en de invloed daarvan op hun latere oeuvre illustreren. Zo brengen we ateliergezichten die de leefwereld tonen waarin jonge kunstenaars werkzaam waren, maar zoomen we ook in op hun opleiding.
Tijdens hun studiejaren werden aspirant-kunstenaars voornamelijk in het tekenen onderwezen, onder meer naar wat heette ‘levend’ (lees: mannelijk naakt) en ‘antiek’ model (gipsen afgietsels van beeldhouwwerken uit de oudheid en de renaissance). De tekeningen tonen hoezeer hun academieprofessoren de sinds de klassieke oudheid en de renaissance toegepaste regels van de geometrie en de canon van de proportieleer toepasten. Een fascinerend aspect in de opleiding is daarnaast het gebruik van dierskeletten en spierpoppen, die de studenten toelieten het spierstelsel en de motoriek van het lichaam te bestuderen. Schilderkunst werd veelal onderwezen in private schilderateliers, maar was daarnaast zeer prominent aanwezig op de tentoonstellingen die de Academie in Gent organiseerde. Tot slot focussen we op het tekenen als een alledaagse bezigheid in de verdere carrières van gevestigde kunstenaars. Of ze nu schilder, beeldhouwer of graficus waren, tekenen was voor elk van hen een tweede handschrift dat ze gedurig onderhielden.
Met werk van o.m.: Louis Léopold Boilly, Jacques-Louis David, James Ensor, Henri Evenepoel, Fernand Khnopff, George Minne, François-Joseph Navez, Jan Toorop, Charles Verlat, en vele anderen.
Zaal E: het publiek in het hart van het museum
'Zaal E' is een gloednieuwe ruimte voor expressie, emotie, educatie en experiment. In de zaal komen er voortaan tijdelijke presentaties, gesprekken en ateliers, waarin bezoekers of museumpartners hun stem laten horen. Zo plaatsen we het publiek letterlijk in het hart van het museum. Laat ons ook zeker weten hoe je die nieuwe zaal ervaart. Wat werkt, wat niet, en wat zou je hier in de toekomst willen zien of doen.