Ensor volgde van 1877 tot 1880 lessen aan de Académie Royale des Beaux-Arts in Brussel. Zijn docenten Joseph Stallaert, Alexandre Robert, Jef van Severdonck en directeur Jean Portaels konden hem evenwel niet erg boeien. Na drie jaar keerde hij dan ook naar Oostende terug. Later betrok hij tijdens de wintermaanden af en toe een kamer in Brussel. Zo woonde hij in de winter van 1887-1888 aan de Anspachlaan nr. 123. Vanuit zijn werkruimte keek hij recht in de Bijstandsstraat, die de Anspachlaan verbindt met de Kolenmarkstraat. Het gezicht op de Anspachlaan bracht hij in 1887 spiegelbeeldig in prent. Van het gebouw rechts, dat ongeveer de helft van de Bijstandsstraat beslaat, maakte hij eveneens een drogenaald in spiegelbeeld (inv. 1998-B-20).